Redactie | 01 Juni 2004Oude barricades, Nieuwe Domeinen
Voor de manifestatie Nieuwe Domeinen hield Ozon een buurtwandeling langs het kraakverleden van de Staatsliedenbuurt in Amsterdam. De tocht ging ook langs haar eigen literaire verleden. De zelfwerkzaamheid van de jaren tachtig leidde tot talloze culturele initiatieven.Waar nu het nieuwbouwflats Meander aan de van Hallstraat staan bevond zich de roemruchte Van Hallhal. Daar werd in 1986 onder andere de dubbel-LP Gramschap 50 gepresenteerd. Een muzikaal poëtisch tijdsdocument van het gelijknamige tijdschrift. Hierop staan onder andere naast Ozon ook Eddie Kagie, Steef Davidson, IJsbrand Koudvuur, Joop Maes, Randell, Terrie, Aja Waalwijk, Kers, Nico van Apeldoorn en Dorpsoudste De Jong.
In de van Hallhal had Dolf van Jokes Koeienverhuurbedrijf zijn geluidsstudio gevestigd nadat hij was ontruimd uit Pakhuis Emma. Emma aan de Van Diemenstraat had alle faciliteiten voor een bloeiende punkcultuur inpandig. De van Hallhal, een oud bedrijfsgebouw, bood legaal plaats aan talloze punkbands, het voormalige Emma-podium als ook aan de woon-, studio- en oefenruimtes. Iedere week waren er concerten en performances.
Het tijdschrift Nieuwe Koekrant van Johan Van Leeuwen vierde er zijn tienjarig bestaan met punkgroepen waaronder: Lärm, Neuroot, OhDev! en God. Het was de tijd van de snoeiharde Italiaanse bands zoals Negazione maar ook nog steeds van de Amsterdamse topformaties de Ex en B.G.K. (Bathazar Gerards Kommando) en pretpunk als Frites Modern en de Boegies.
Niet de teringherrie maar de Gemeente haalde het dak van de hal en liet de muren instorten voor een nieuw postdistributiecentrum. Dat nieuwe postcentrum en de overige loodsen en bedrijfspanden op het terrein werden in de loop der tijd gesloopt om gezamenlijk plaats te maken voor huidige nieuwbouwwoningen. Over het terrein kan men nu via een brug over de Kostverlorenvaart doorlopen naar de de Wittenstraat.
In de Wittenstraat 100 heeft Ozon in 1984 tijdens de kraak een woest punkfeestje meegemaakt dat eindigde in een graffiti-orgie van de achterstandsjeugd. Zaal 100 was echter niet van plan punkcultuurpaleis te worden. Alleen de hogere anarcho-culturele loot schoot er wortel.
Later in de jaren tachtig betrok de poëziefestivalorganisatie One World Poetry van Ben Posset er een kantoor. Ook De Konkurrent, muziek-distributiebedrijf gelieerd aan de Nieuwe Koekrant en Jokes Koeienverhuurbedrijf vestigde zich er. One World Poetry haalde Richard Hell over, Lydia Lunch en Hubert Selbey om er lezingen te geven. Zaal 100 werd een broedplaats van de eerste orde.
Ozon trad er op tijdens talloze literaire feesten en avondjes en doet dat nog steeds. Haar exmedebewoner uit het Zebrahuis Aja Waalwijk organiseert er maandelijks poëzieavonden en exposities.
Waalwijk en Ozon woonden en werkten in het Zebrahuis aan de Sarphatistraat in de Plantagebuurt met een vijftiental andere kunstenaars tot halverwege de jaren negentig. Het huis werd net als Zaal 100 en ongeveer 175 andere grote Amsterdamse Gemeente Grondbedrijfpanden waaronder De Witte Jas, Wicca, Perida, De Frederik Hendrikschool en de OCCI Binnenpret begin jaren negentig doormiddel van ‘Actie Schoon Schip’ bedreigd met ontruiming. Zaal 100 in de Staatliedenbuurt bood ruimte voor gezamenlijke tegenactie.
De jaren tachtig waren voorbij, een zakelijk tijdperk brak aan. Menig pand kon een overeenkomst sluiten met de Gemeente. Niet het Zebrahuis dat zou worden afgebroken. Dromerig streed Ozon, bijgestaan door ondermeer Aja Waalwijk, door voor gevelbehoud van wat Nescio uit Frederik van Eedens mond had opgetekend: “De mooiste straat van Europa."
Ook de zakelijke inslag van mede-zebrabewoner en verloofde Hugo Kaagman, die de zebragevel had bedacht, stond Ozon steeds meer tegen. Ze verbrak haar 16 jaar oude relatie met hem. Om hem wat meer ruimte te geven logeerde ze tijdelijk in de Staatliedenbuurt.
Op de Eerste Nassaustraat vond Ozon onderdak bij het techneutencollectief Artburo. Die had ze leren kennen als punks van technische performances in kraakpanden en in de vrije ether. Ze werkten samen aan computerkunst. Op de kleine etage van de voormalige arbeiderswoning stonden de matrassen overdag opgestapeld rechtop tegen de muur. Het beddengoed lag opgevouwen op de kasten. Overal stonden werkbanken en bureaus.
's Nachts werd de vloer belegd met matrassen. Ze lag met haar hoofd onder het bureaublad van haar computer. De jongste medewerker moest in het gangpad. Men ging letterlijk over zijn bed heen naar de WC. Zo hadden de gezinnen bijna een eeuw in de Staatliedenbuurt geleefd: opgestapeld in een voor en achterkamertje verbonden door een alkoof: een bedstee-achtige tussenkamer zonder ramen. Voor Ozon was deze woonomstandigheid zeer tijdelijk.
Aan haar verblijf in de Staatsliedenbuurt hield ze de cyclus 'Brand' voor haar bundel Stad Sta Stil over. Een serie gedichten over de grote brand van sloopblokken in de Tweede Nassaustraat. Ook schreef ze er het lied "Geen Illegalen" voor de Fabel van De Illegaal. Ze werkte er aan haar BBS Letterboard, ontwikkelde er digitale performances en maakte er Compoezie. Zij en de andere Artburomedewerkers hielden het vol in de krappe woning door hun beweegomgeving niet groter te laten zijn dan een computerscherm.
Buiten huis trof Ozon in die tijd niets dan sentimenten aan: ontmenselijking, verloren waarden en verdwenen werelden. Na een paar maanden ging ze terug naar Zebra en voltooide daar haar bundel Stad Sta Stil.
Dat de stad was verder gegaan en vervreemde van de wereld van Ozon bleek vooral ook op het Van Hogendorpplein. Daar had in de jaren tachtig, de hoogtijdagen van de kraakbeweging, de Staatsliedengreep plaats gevonden. Op de hoek was kraakcafé de Rioolrat dat Diana Ozon later heeft gebruikt als inspiratiebron voor café De Rotte Rat uit haar zedenschets Kraker Jack.
Van die glorietijd was in de vroege jaren negentig niets meer over. Het was moeilijk denkbaar dat Ozon op dit plein haar punkgedichten op het podium van Theaterstraat midden in een grote zandvlakte ten gehore had gebracht. Dat ze uren hadden nagepogood met Dokter Spock van Infextion die er zijn politiekbevlogen pre-raps, toasts op reggea de lucht in had laten schallen.
De punkklanken waren vervlogen. Alleen een junk scharrelde als vanouds in de duisternis langs de gevels. Nieuwbouw in dit geval. De deuren vol keurige belborden met onbekende achternamen
Tijdens de wandeling vanwege de Nieuwe Domeinen kwam het verleden tot leven toen Frank van de Rioolrat zijn herinneringen aan dit stuk van de buurt ophaalde terwijl vanuit een bakfiets de mensen van warme drank waren voorzien.
Ozon kon door de steun van haar vriend even ophouden met zelf vertellen over het kraakverleden van de buurt. Een belangrijk en groot verhaal van heel veel mensen waarvoor ze gedurende de wandeling haar eigen gevoel, wat opborrelde bij persoonlijke herinneringen, grotendeels onderdrukt had.
Hier op het Van Hogendorpplein zag ze hoe op de puinhopen van het verleden temidden van een nieuwe wereld een persoonlijke constante factor bloeide: die van de solidariteit. Een factor veel belangrijker dan gebouwen van baksteen of beton.
Aan het einde van de rondleiding stond de excursie stil op de Schaepmanstraat en herdacht punkgitarist Hans Kok die hier op 25-10-1985 met ongeveer zeventien andere krakers op gewelddadige wijze uit een woning was weggesleept. Als enige kon Hans het niet navertellen omdat hij in een politiecel was overleden.
Het extreme politiegeweld, gerichte pistoolschoten, mishandeling van arrestanten en de dood in zijn cel eindigende kraker Hans vormden het dieptepunt in de actiegeschiedenis die menigmaal is beschreven.
Remco Campert maakte er aanstonds na de dood van de kraker een emotioneel gedicht over. Natascha Gerson beschrijft het in een scene in haar roman Plaatstaal. AF.Th. van der Heijden wijdt er zijn boek Advocaat van de Hanen aan. De gebeurtenis is gereconstrueerd door Barbara Den Uyl in haar documentaire In Naam der Wet (1991). En gememoreerd in de krakersfilm Waar de Ratten Koning zijn (1985). Talloze punkbands namen er een nummer over op in hun repertoire en punkbladen wijdden pagina's aan de gestorven gitarist van de punkgroep Terreur.
Of zijn dood moord was zal nooit geheel kunnen worden ontzenuwd: in ieder geval is hij overleden aan onachtzaamheid van diegenen aan wiens zorg hij was toevertrouwd.
Na de dood van Hans Kok bleek ook uit de media hoe er door de politie werd omgegaan met gevangen genomen krakers. En hoe meer er vanuit de autoriteiten was ontkend en de verhalen elkaar tegen spraken des te verdachter werd de situatie.
Menig jongere werd hierdoor afgeschrikt het ouderlijk huis te verlaten of verkoos een onzekere financiële toekomst bij speculanten en huisjesmelkers. Kraken werd weer als een gevaarlijke illegale woonvorm gezien door onwetenden.
Toch zijn overal in Nederland en ook in Amsterdam kraakspreekuren waar mensen naar tevredenheid een korte of langere tijdelijke oplossing vinden voor de woningnood.
De wandeling was ten einde, en er was twee en een half uur gepraat en stilgestaan bij tientallen gebouwen, veel straten ingeslagen en in herinnering gebracht dat 80% van de bevolking van de Staats' destijds kraker was. Zelfs de lucht was gekraakt door etherdissidenten van o.a. Staatsradio en StaatsTV Rabotnik. Ozon had daar haar eerste tv-media-ervaringen in de jaren tachtig.
Nu liep Menno Grootveld van Rabotnik weer mee terwijl ze over maatschappelijke misstanden bevlogen betogen hield op straat. Speciaal voor de gelegenheid van De Nieuwe Domeinen zond StaatsTV Rabotnik opnieuw uit in de ether. Nu heel lokaal als community-tv, PROXiViSION: ‘buurt-tv’, alleen te ontvangen in de omgeving van de nieuwbouwblokken. Maar het zou geen oude krakerszender zijn als het niet weer de grenzen verkende. Het geluid van de tv-uitzendingen werd doorgestraald naar het vrije Radiostation Patapoe en bereikte zo ook andere buurten. En als het technisch meezat via de internetstream de hele wereld.
Facilitair:
Staatsarchief, het archief van de kraak- en actiebeweging in Nederland
Squat.net
Radio Patapoe
Zaal 100
Rabotnik
Artburo
Nieuwe Domeinen
Literatuur, non fictie:
Voetdwars in Amsterdam, Tien wandelingen van het SPOK, uitg. SPOK 1985
Bewegingsleer, Bilwet, Uitgeverij Ravijn 1990
Een Dwarse Buurt, Leo Adriaenssen, uitg. Wijkcentrum Staatslieden - Hugo de Grootbuurt Amsterdam 1996
De Stad Was Van Ons, 28 vraaggesprekken met Krakers en Kraaksters, uitg. Snotneus 1998
Een Voet Tussen De Deur, Geschiedenis van de kraakbeweging 1964-1999, Eric van Duivenvoorden, uitg. De Arbeiderspers 2000
Punk Als Verzet(je?), Rondje Nederpunk in de jaren tachtig, Johan van Leeuwen, in eigen beheer uitgegeven door Johan van Leeuwen, 2002. Staatsarchief
Literair:
Plaatstaal, Natascha Gerson, uitg Van Gennep 1996
Klein Chili, Remco Campert
Advocaat Van De Hanen, Af. Th. van der Heijden, uitg. Querido, 1990
Kraker Jack, Diana Ozon, In De Knipscheer 1991
Muziek:
Gramschap
Jokes Koeienverhuurbedrijf
De Konkurrent
Films:
In Naam der Wet, Barbara Den Uyl
De Stad Was Van Ons, Joost Seelen
Zie ook alhier:
Punk studie
Stad Sta Stil
Compoezie
Kraker Jack
Dankzij kraken